Trebor's Flarden, belicht in telkens korte stukjes, verhaaltjes, anekdotes het leven, het be’leven,
op een Grieks eiland.
Soms direct, soms van veraf, soms via de media of van horen vertellen of zeggen, mond tot mond.
Als je weg bent uit de directe invloed van ooit thuis, ga je dingen anders zien, anders benaderen en
beoordelen, kritischer of soms lacherig.

woensdag 9 maart 2011

Mag ik ook zo’n..?


Zo’n ding achter op je rug, tussen de schouderbladen, op je kuitbeen, onder de eerste op de bovenarm of voor de intimitie net boven de schaamhaar grens, lager, lager, voor de rest van je leven, schitterend. Vroegerrrrrr, werd je met zo’n ding, waar dan ook geplaatst, met uitzondering van de echte, de zeebonken, anker, kruis en ringen, geloof, hoop en liefde, afgeschilderd als asociaal figuur.

De tatoe, de momenteel alle delen van het lichaam moeten (ont)sierende illustratie van je mening, je love of your life, je levensmotto, het maakt niet uit, het moet ergens komen of staan. Carpe Diem, John de Wolf van Feijenoord, de namen van je kinderen, alsof je na twintig jaar vader- of moederschap dusdanig seniel zult worden dat je die dan bent vergeten of wel wilt zien staan maar nooit meer wil zien. Luctor et Emergo, worstelt ermee en je komt er niet vanaf.
Hebben is hebben, staan is staan, weggummen kan niet meer, groot, groter, grootst, kleur, kleurrijker, welke overtreffende trap is gewenst, lokaal geplaatst of all-over, Aboriginalvullend. Bij deze bevolkingsgroep is het een oeroude traditie om de meest fraaie ornamenten, met veelal heel diep liggende betekenissen, aan te laten brengen, lichaamsoverschrijdend zou je bijna zeggen, want soms denk je bij het zien van een originele, het gaat buiten hem of haar verder. Werkelijk ware kunststukjes aan tatoewerk.

Toen ik klein was, dat is lang gelden, bezocht ik met mijn vader een vriend van hem, kleermaker op Katendrecht, de locatie voor de zeevarende wereld, voor een bezoek aan barretjes, nachtclubs, hoeren en tatoeshops, voor de laatste nieuwe, in meerdere kleuren. Tatoe Dick, de beneden buurman van Oom Barend, wereldberoemd voor het zetten van de wens, waar dan ook op het robuuste lijf. Prikken en poetsen zonder piepen, vakmanschap is meesterschap, ook zonder bier, die komt na de tatoe, in grote mate. Daarna moet de nieuwe aanwinst worden getoond, op de edele of onedele delen, aan de geduldig en altijd vol bewondering reagerende dames, sociaal werksters voor zeebonken in hoge, seksuele, nood, tegen gepaste vergoeding.

Maar terug naar de watjes, de walmutsen, die na gedane arbeid door Dick, the master, op een bepaald moment spijt krijgen van de ‘love of their life’, voor altijd, ‘Carpe Diem’, of worstelen blijft worstelen en het zwemvest is altijd net voor die andere Zeeuwse mossel, ‘Luctor et Emergo’.
Met andere woorden, ik wil dat ding kwijt en wel direct. Dat kan, tegen wederom een soms toch wel tegenvallende vergoeding. De laser brengt hier uitkomst, denken we en hopen we, maar wees gewaarschuwd, voor twee.
Een tatoe is het schieten van een inkt, volgens een vooraf bedacht ontwerp, onder de huid. Op het moment van schieten krijgt het lichaam en soort van overdosis aan niet gewenste stoffen en het gestel kan het niet bestrijden. Wat ons systeem niet kan bestrijden zal het inkapselen, in dit geval de inkt verpakken in een soort zakjes en daarmee voorkomen ons te vergiftigen. Dat is in principe het systeem van het aanbrengen van een tatoe.
Nu de weg terug, de laser, een brandpistool, op hoge temperatuur en indringend vermogen, de zogenaamde frequentie. De dokter start met het openschieten van de door lichaam, gemaakte ingekapselde, zakjes inkt. Afhankelijk van de frequentie schiet hij rood, blauw, zwart of geel, open en de inkt komt door de huid vrij, wordt weggeveegd en daarmee is een deel van de tatoe verwijderd.
Tijdens een door mij bijgewoonde sessie, kon de ‘patiënt’, financieel slachtoffer, eigenaar van twee fraaie illustraties op de onderarmen, slechts tweemaal vijftien minuten, links en rechts, worden behandeld. In deze sessie werd dan telkens een deel zwart, frequentie één, blauw, frequentie twee, enzovoort, weg- of opengeschoten.
De jonge man, net weer getrouwd en vader geworden, wenste straks niet door zijn kind als asociaal te worden gezien, was het ‘slachtoffer’. Zijn vriendin moest ook aanwezig zijn om hem na zijn behandeling veilig naar huis te brengen, want na de schietsessie was hij niet in staat om auto te rijden. Het lichaam reageert direct op de open geschoten zakjes met inkt en gaat wederom het gevecht aan om de ongewenste stoffen buiten te houden.
Dit levert een energie vretende reactie op en hij is pas na een week hevige koorts, weer in staat om voor de volgende schietsessie te komen. Twee armen kosten hem een slordige drieduizend euro en een zestal weken heen en weer tussen zijn woonplaats en het laser centrum.
Zo, hij is van zijn verleden in tatoe af, maar nu brengt hij een bezoek, met vrouw en zijn kleine, aan het zonovergoten strand van welk fraai vakantieland dan ook. Na twee dagen zonnen komt er al een aardig tintje op de armen en de rest van het lichaam, waarbij op de één of andere manier de armen als snelste reageren, oeps.
Daar was zijn tatoe weer, niet in full color, nee, in witte lijnen en vlekken. Door het bruine van de huid komen de littekens van de ‘brandwonden’ terug en ga je de contouren van de tatoe weer zien.

I love you Maria, for ever, is bij een tatoe, ook als Maria inmiddels is ingeruild voor een ander, ‘for ever’. Dus bezint eer gij begint...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten